Hoofdmenu     Organisatie      Verkiezingen     Fractie     Commissies     Wijktafels   Lid worden      Links   Agenda      In en uit de media     Schriftelijke vragen     Webboek   Meningen   MT helpt u

 

Schriftelijke vragen

Datum   Onderwerp...................................................................................

14-07-05

Sloop antiekhal Verhulst

17-04-05

Verplaatsing antiekhal Verhulst

Sloop

 SCHRIFTELIJKE VRAGEN AAN HET COLLEGE EX ARTIKEL 37 RVO

 Middelburg, 14 juli 2005

 Aan de voorzitter van de raad

 Steller vragen:     W.P. Steketee van Middelburg Transparant

 

Onderwerp: sloop Kanaalweg 18

Toelichting: Op maandag 11 juli jl. werd een aanvang gemaakt met de sloop van het voormalige

                        brugwachtershuisje aan de Kanaalweg (Stationsgebied-West).

                        Deze sloop geeft mij aanleiding om de onderstaande vragen aan u te stellen.

 

  1.   Wanneer heeft het college een vergunning verleend voor het slopen van het voormalige

brugwachtershuisje aan de Kanaalweg 18?

 

  1. Waarom is dit pand gesloopt alvorens er een officiële publicatie in De Faam is geplaatst,   zodat eventuele derden binnen zes weken na de verleende vergunning bezwaar kunnen maken bij het college van burgemeester en wethouders tegen deze sloop?

 

  1. Waarom heeft u derden niet in de gelegenheid gesteld om de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Middelburg een uitspraak te laten doen om de sloop eventueel tegen te houden?

 

  1. Waarom is nu plotseling buiten de wetgeving om deze haast geboden?

 

  1. Zijn er bij deze sloop alle archeologische-, monumentale- en milieuregels in acht genomen?

 

  1. In de officiële publicaties in De Faam van 22 juni 2005 is een vergunning verleend voor het gedeeltelijk slopen van de zuidelijke toegang NS-station op het perceel Kanaalweg 22. De vergunning zou volgens deze publicatie afgegeven zijn op 13 juni 2005.

Waarom heeft de sloop plaatsgevonden zonder dat is afgewacht, dat derden binnen zes weken na 13 juni een gemotiveerd bezwaarschrift konden indienen bij het college van burgemeester en wethouders?

 

  1. Waarom is het college niet tevreden met de schadevergoeding die volgens het vonnis van de Rechtbank Middelburg is bepaald op 130.000 euro en wordt nu hoger beroep ingesteld bij het Gerechtshof te ‘s- Gravenhage?

Een en ander leidt toch tot een onzekere situatie bij de V.o.f. antiekhandel Verhulst nu zelfs de advocaat van de Gemeente Middelburg in een brief volgens bijlage 1 aan zijn confrère schrijft, dat de voornoemde v.o.f. hoge kosten zal moeten gaan maken, maar op basis van het vonnis de voornoemde v.o.f  toch wel aan hun schuldeisers duidelijk zal kunnen maken, dat zij op korte termijn een groot bedrag te ontvangen heeft?

 

  1. Welk bedrag heeft u gereserveerd om de juridische kosten van het hoger beroep te betalen?

 

 

  1. Bent u bereid om het risico te aanvaarden, dat de firmanten van voornoemde v.o.f. wellicht een schadeclaim indienen voor geleden immateriële (psychische en fysieke) schade die deze ontruiming met zich teweeg heeft gebracht?

 

  1. De antwoorden op mijn schriftelijke vragen ingevolge artikel 37 RVO van 25 mei jl. stemmen mij op

diverse onderdelen niet tot tevredenheid, onder meer en ik wil dit nogmaals benadrukken, dat volgens de advocaat van de Gemeente Middelburg een groot deel van het bedrag, dat was gereserveerd om de exploitant van de antiekhal schadeloos te stellen, reeds opgesoupeerd was om de juridische kosten te betalen. Uit uw antwoord bleek, dat het “slechts” ging om een bedrag op 25 mei j.l. van 15.250 euro.

Bent u bereid om deze discrepantie uit de wereld te helpen en alle nota’s en een overzicht van reeds betaalde bedragen aan advocatenkantoor Adriaanse & van der Weel voor de raadsleden ter inzage in de gesloten trommel te leggen? Zo ja, wanneer en zo neen, waarom niet?    

 

  1. Bent u bereid het hoger beroep met onmiddellijke ingang in te trekken om de naam van de gemeente niet            verder in diskrediet te brengen, mede gelet op vele negatieve publiciteit die deze ontruiming teweeg heeft gebracht en waar ik als gemeenteraadslid ook last van ondervind?   

 

  1.    Bent u bereid te aanvaarden, dat mede gelet op deze ontruiming mijn vertrouwen als raadslid in het 

college steeds minder wordt?

Wellicht ten overvloede wil ik u erop wijzen, dat ik op deze vragen open, uitgebreide en integere antwoorden van u verwacht.

 

Met vriendelijke groet,

   

W.P. Steketee

Fractievoorzitter Middelburg Transparant

 

 

 

 

 

Verhulst

SCHRIFTELIJKE VRAGEN AAN HET COLLEGE EX ARTIKEL 37 RVO

 

Middelburg, 27 april 2005

Aan de voorzitter van de raad

Steller vragen: W.P. Steketee van Middelburg Transparant

 Onderwerp: strategisch project Stationsgebied

Toelichting: Op 31 maart 2005 heb ik de zitting van de kantonrechter bijgewoond inzake het geschil tussen V.o.f. antiekhandel Verhulst en de Gemeente Middelburg in het gerechtsgebouw te Middelburg.

Deze rechtszaak heeft mij aanleiding gegeven de onderstaande vragen aan u te stellen.

 1. In het rapport van de Rekenkamer Middelburg staat vermeld, dat bureau BVR opdracht   

    kreeg de projectontwikkelaars binnen te halen voor de Mortiere en het Stationsgebied.

    De vorming van een consortium bleek uiteindelijk niet haalbaar.

    Verderop in het rapport staat vermeld, dat de gemeenteraad in 2001 het benodigde krediet

    verleende en aannemer HBG aan de slag kon gaan. Met de uitvoering van het werk werd

    dus HBG belast en er werd een bouwovereenkomst gesloten. Er werd dus afgezien van een

    aanbesteding. Opvallend was volgens het rapport, dat de onderhandelingen met HBG

    gevoerd zijn alleen door BBN (ook betrokken bij de bouw van het (toekomstige)

    A-theater!), dus zonder de opdrachtgevers.

 

    Is u als college bekend, of er tijdens of na deze onderhandelingen is gesproken over het

    Stationsgebied-West en dat HBG op dit terrein een kantorencomplex mocht ontwikkelen?

    (Een en ander werd gesuggereerd door de advocaat van de Gemeente Middelburg, de heer

    mr. U.T. Hoekstra.)

    Mocht u deze vraag ontkennend beantwoorden, welke aannemer mag er dan wèl bouwen?

    Mocht u deze vraag met ja beantwoorden, was u op 13 december 2004, toen u als college

    de leden van de commissie Ruimte drie opties (afwegingsnotitie optimalisatiemogelijk-

    heden Stationsgebied-West) voorlegde over de optimalisatie van de ruimtelijke

    ontwikkelingen op dit terrein al volop in overleg met de BAM?

2. Is er door de gemeenteraad van Middelburg ooit een besluit genomen, dat er krediet wordt

    verleend voor de verplaatsing van de antiekhal Verhulst?

3. Voorzover mij bekend is het stationsgebouw een rijksmonument. Het voormalige

    brugwachtershuisje (Kanaalweg 18) is in dezelfde bouwstijl als het stationsgebouw.

    Is hier ooit de status van monument voor aangevraagd? Zo neen, bent u dan bereid

    deze status aan te vragen en als u deze vraag ontkennend beantwoordt, waarom niet?

4. De op verzoek van de Gemeente Middelburg benoemde taxateurs hebben de vergoeding

    voor de antiekhandelaar bepaald op € 177.000,--, te vermeerderen met deskundigenkosten

    en met belastingschade.

    Eerder was er een aanbod van de Gemeente Middelburg van € 195.000,--.

    Welk bedrag is er op dit moment gereserveerd om de schade aan de antiekhandelaar te

    betalen, omdat momenteel ook een bedrag van € 60.000,-- wordt genoemd.

    Is het bedrag ad € 195.000,-- als budget vastgesteld door de raad en zo neen, waarom niet?

5. De advocaat van de Gemeente Middelburg verklaarde op de zitting, dat een groot deel

    van het bedrag , dat was gereserveerd om de exploitant van de antiekhal schadeloos te

    stellen reeds opgesoupeerd is om de juridische kosten te betalen. Is deze verklaring

    juist en zo ja, welk bedrag is tot op heden aan onderhavige zaak uitgegeven?

6. Is u bekend, dat de advocaat van de Gemeente Middelburg in zijn

    pleitnota stelt, dat de exploitant van de antiekhal nu een bedrag aan de gemeente moet

    betalen in plaats van de gemeente aan hem?

7. De antiekhal met het bijbehorende brugwachtershuisje moeten wijken voor een zgn. kiss-               enrideplaats. Bent u het        met mij eens, dat deze plek ongunstig uitvalt voor treinpassagiers die richting Amsterdam moeten vanwege de (te) grote loopafstand en dat deze kiss- en rideplaats veel beter op een andere locatie kan worden gerealiseerd?

8. In de vergadering van de commissie Ruimte op 14 juni 2004 heb ik aan de wethouder gevraagd of op het P en R terrein, dat in eigendom is van de NS, een aantal kiss- en rideplaatsen zouden kunnen worden gerealiseerd.De wethouder beantwoordde mijn vraag,  dat dit reeds afgesproken was met de NS en zegde toe, dat dit schriftelijk zou worden bevestigd. Een onderzoek ter plaatse leerde mij, dat dit parkeerterrein niet of nauwelijks  gebruikt wordt en dat er geen sprake is van een aantal kiss- en rideplaatsen. Waarom zijn in  ieder geval deze plaatsen niet gerealiseerd? (Zie ook bijlage 1.)  

9. Bijgaande brief (bijlage 2) kreeg ik vrij recent in handen.

    Bent u het met mij eens, nadat u deze brief goed hebt gelezen, dat hier een intimiderende poging wordt ondernomen om de V.o.f.  Antiekhandel Verhulst op het verkeerde been te zetten en druk te zetten, dat de percelen zo spoedig mogelijk moeten worden ontruimd en dat dit bij de tegenpartij, waarbij broodwinnig in het geding is, tot onnodige irritaties kan leiden, terwijl er nog geen uitspraak van de kantonrechter is?

 

Ik hoop, dat u uit bovengestelde vragen kunt distilleren, dat ik niet tevreden ben met een antwoord in de trant van dat een en ander onder de rechter berust.

Zelfs de kantonrechter wees in deze zaak op het feit, dat de politiek ook haar verantwoording 

maar eens moet gaan leren dragen!

  

W.P. Steketee

Fractievoorzitter Middelburg Transparant