De geschiedenis van korenmolen 'De Graanhalm'.

De molen 'de Graanhalm' heeft meerdere voorgangers gehad.
De oudste afbeelding waarop in Gapinge een molen te zien is dateert uit 1696, afgebeeld in De Nieuwe Cronyk van Zeeland van Matthias Smallegange .
Nog steeds bepaalt de molen het dorpsgezicht van Gapinge. De molenbiotoop lijkt in driehonderjaar nog nauwelijks veranderd!

Helaas heeft de tand der tijds wel zijn sporen nagelaten, want de bouwkundige toestand van de molen verlangt dringend een grondige restauratie.
Deze restauratie zal gebeuren met respect voor het bijzondere gegeven dat de molen een monument is waar de tijd als het ware op 1962 gefixceerd is.

Bouwhistorie

Bekend is dat Gapinge al in 1472 een molen had. Wellicht is het deze molen die door Smallegange in zijn Cronyk van 1696 werd weer gegeven.
In 1864 is in Gapinge de eerste molen "De Graanhalm" gebouwd.
Hiervoor werd gebruik gemaakt van materialen uit een in Zuid-Holland gesloopte wipwatermolen.
Nauwelijks een jaar later ging deze molen al weer verloren. Als oorzaak worden zowel brand als storm genoemd.




Na het verloren gaan van de wipkorenmolen werd de loodwitmolen 'De Rob' uit Koog aan de Zaan door de Zaanse molenmakers De gebroeders Gras naar Gapinge overgebracht en ingericht als korenmolen.
Deze molen brandde af op maandag 24 augustus 1896, 's ochtends om half acht.
De eigenaar Dhr. J.K.Verhulst liet in het zelfde jaar een stenen stellingsmolen optrekken bestaande uit 120.000 stenen.
De zoon van de eigenaar maalde van 1903 tot 1931.
De molen werd in 1931 verkocht aan
Dhr. C.van der Sluijs.
Hij maalde van 1931 tot 1943.
Daarna ging de molen over naar L.J.van der Sluijs.



Dhr. L.J. van der Sluijs maalde van 1943 tot 1960.
Daarna werd de molen verkocht aan Dhr. W.Bakker.
In 1962 stopte de molen met bedrijfsmatig malen.
In 1965 werd de molen buiten bedrijf gesteld, uitwendig gerestaureerd en was daarna af en toe draaiend te zien.
In maart 1983 is de molen verkocht aan de familie Reijnierse.
De molen heeft voor het laatst gedraaid in 1988, toen was de staat van onderhoud duidelijk minder goed en was draaien niet meer verantwoord.
Bij de zware storm van 27 oktober 2002 waaide van één van de enden vrijwel al het hekwerk er af.
In 1936 werd de binnenroede voorzien van het systeem Bilau.
In 1965 werd het Bilau-systeem vervangen door oud Hollands hekwerk.






































Korenmolen 'De Graanhalm' voorzien van het Bilau systeem op de binneroede.

Opbouw van de molen.

De molen heeft een vlucht van 24,04 meter .
De hoogte van de stelleng is 4,25 meter.
De molen heeft vijf zolders

Van boven naar beneden wordt de vijfde zolder de 'kapzolder' ook wel de 'smeerzolder' genoemd.

De vierde zolder wordt de 'luizolder genoemd.
Hier bevind zich het 'luiwerk waarmee men de zakken graan en meel kon ophijsen (luien) of laten zakken.

De derde zolder is de 'steenzolder' met de maalstenen.
Op de vloer ligt de 'ligger' en daarboven gaat de 'loper' rond die het graan fijn wrijft op de 'ligger'.
Hier staat ook de 'steenkraan', die gebruikt wordt om de stenen te lichten als ze moeten worden gescherpt. (gebild)

De tweede zolder is de 'maalzolder'. Hier worden de zakken gevuld en gewogen en de kwaliteit van het meel, dat uit de 'meelgoten' aan de zoldering omlaag komt, gecontroleerd.
Vanuit deze zolder kan men op de 'stelling' komen die rond de molen gebouwd is.
Op de stelling kan men de molen 'kruien'.

De eerste zolder is de 'graanzolder'.
Hier worden de zakken 'maalgoed' opgeslagen.

De beganegrond wordt de 'invaart' genoemd.
De wagen die het maalgoed ophaalde kon hier naar binnen rijden waarbij het maalgoed met het luiwerk van de maalzolder op de wagen werd geladen.


Het binnenwerk is grotendeels nog origineel en in behoorlijke staat.
De molen verdient een zeer zorgvuldige restauratie met respect voor dit orgineel interieur met de sfeer van de jaren zestig!
Ook het molenerf wordt in autentieke staat hersteld.
Tot dit erf hoort nog een monument, namelijk een duiventil annex kippenhok.
Deze dateert uit ongeveer de zelfde tijd als "De Graanhalm'.
Van een dergelijke duiventil annex kippenhok is in Nederland geen gelijkwaardig object bekend.
Duiventillen waren doorgaans van hout hetgeen tot een andere architecteur leidde.
Dit "ienemienie" monument is opgetrokken uit baksteen!
De indeling is opmerkelijk in twee verdiepingen, waarbij het onderste gedeelte het kippenhok was.