Op 31 december 1874 kocht Jan Hollestelle (E-IX-a) van smid Joseph Nicolaas Werri een woonhuis met schuur en erf, gelegen aan de Molenstraat te Goes. Dit is het latere Noordeinde. Het pand was sedert 1853 een hoefsmederij, opgericht door Willem ten Cate. Jan Hollestelle, die als smidsknecht werkzaam was ging voor zichzelf beginnen. Hij betaalde voor het pand een bedrag van fl. 7000,-. De smederij was gevestigd naast de wagenmakerij van Meijler, die voor zijn wagens altijd beslag en sluitingen nodig had.

Rond 1890 kwamen twee zoons, Gerardus Johannes (E-X-a) en Willem (E-X-b) bij hem in de smederij werken. In 1895 nam Gerardus Johannes (Gerrit) de zaak van zijn inmiddels verdwenen vader over. Hij had zich op verschillende plaatsen, waaronder Den Haag en Nootdorp bij Delft verder bekwaamd in het vak. Naast de hoefsmederij begon hij een rijtuigsmederij. Gerrit was een zeer vooruitstrevend man. Hij nam zitting in verschillende besturen en commissies en hij stond open voor nieuwe ideeën en technieken.

In 1912 werd er een gasmotor geplaatst van 3½ P.K., bestemd voor het aandrijven van een boormachine en een ventilator, in 1921 werd er een nieuwe gasmotor geplaatst en in 1924 werd de grof-, hoef- en kachelsmederij uitgebreid met een veerhamer.

Begin jaren '20 kwam zijn zoon Jan Gerard (E-XI-a), de derde generatie, bij hem in het bedrijf werken.

Samen gingen zij zich toeleggen op het autogenisch lassen en er werd een snijinrichting aangelegd. Op 30 december 1930 nam Jan Gerard de zaak over. Hij was een man met de nodige technische kennis en veel durf. Hij ging zich nog meer toeleggen op het elektrisch lassen en hij begon met de fabricage van kachels.
Ook scheepsreparatie en reparatie aan motoren pakte hij aan en zo werd de oude 'Grof-, Hoef- en Rijtuigsmederij' een 'Constructiewerkplaats en Machinefabriek'. In 1932 werd de zaak uitgebreid met drie electromotoren.

Het spreekt vanzelf dat Hollestelle in dit stadium al lang geen eenmansbedrijf meer was. In 1946 werkten er negen man. Het bedrijf kreeg in de jaren na de oorlog grote opdrachten binnen: zoals de reparatie van kapot gegooide waterleidingen en het herstel van het pompstation Ossendrecht.

Op 1 april 1955 was het de beurt aan de vierde generatie Hollestelle. Op deze datum werd het bedrijf een firma. Jan's zoons, Gerardus Johannes (E-XII-a), Jacob Cornelis (E-XII-b) en Marinus David (E-XII-c), kwamen in de zaak. In die tijd was het pand aan het Noordeinde met 25 man personeel in dienst veel te klein geworden.

In december 1959 betrok de firma een nieuw bedrijfspand aan de Zaagmolenstraat in Goes op het terrein van de voormalige gasfabriek. De gemeente werkte mee aan deze verplaatsing omdat men grote bedrijven uit het stadscentrum ging weren. Het nieuwe gebouw werd grotendeels zelf gemaakt met eigen materialen. Het pand was een ontwerp van Architectenbureau H. Weertman te Goes.

Onder de leiding van de drie zonen van Jan Gerard groeide het bedrijf uit tot een bedrijf met drie afdelingen: het machine-constructiebedrijf onder leiding van Gerard, het installatiebedrijf geleid door Jaap en het technisch handelsbedrijf door Rinus.

Hollestelle N.V. groeide tot een personeelsbestand van 50 medewerkers. Men hield zich bezig met het plaatsen van loodsen en magazijnen en het maken van staalconstructies. Bruggen, hijskranen, leidingen, wasserijmachines, magazijnstellingen enz. werden er gemaakt en door heel Nederland geleverd.
Zo zijn bijvoorbeeld de ringen waarop de pijlers van de Zeelandbrug rusten door het bedrijf geconstrueerd.

In 1963 werd de oude meubelzaak van Clement, op de hoek van de Ganzepoortstraat en het Groenweitje in de Goese binnenstad, aangekocht. Het gebouw werd gesloopt en er verrees een nieuwe winkel waarin Hollestelle kachels, koelkasten, electrische apparatuur en zelfs luxe keukens verkocht. In 1967 werd dit pand verkocht aan een rijwielhandelaar en werden deze activiteiten afgestoten.

In 1974 ontving het bedrijf bij haar honderdjarig bestaan het predikaat 'Koninklijk', een blijk van waardering voor de vakbekwaamheid. Een van de voorwaarden voor het dragen van dit predikaat is dat een onderneming enig in zijn soort moet zijn. Hoewel hieraan niet helemaal werd voldaan, gaf het vakmanschap van het bedrijf de doorslag om het predikaat te mogen voeren. Vanaf die tijd is de naam 'Koninklijke Hollestelle' een begrip in Zeeland.

Na het overlijden van Gerard in 1977 nam zoon Jan (E-XIII-a) zijn plaats in.
In maart 1982 werd het pand van IJzerhandel Vlietjonge aan de Marconistraat te Goes overgenomen, waarheen het bedrijf werd verplaatst. Op 1 augustus van dat jaar werd de N.V. omgezet in een B.V. De verschillende onderdelen werden ook B.V.'s binnen de grote B.V. De installatie-afdeling werd in de eerste
helft van de jaren tachtig opgeheven. In die tijd werden er goede zaken gedaan met de DOS-bouw, de aannemerscombinatie die zich bezighield met de bouw van de Oosterschelde Stormvloedkering.

In 1990 traden Jaap en Rinus uit en nam hun neef Jan via een 'management by-out' het gehele bedrijf overgenomen en trad hiermee de vijfde generatie aan.

Sinds 1993 is het bedrijf een holding, bestaande uit drie B.V.'s. Het konstruktiebedrijf behoort tot een van de grootste van Zeeland. Diverse soorten van metaalbewerking (w.o. lassen, fresen, walsen) worden hier uitgevoerd. Men beschikt dan ook over een zeer uitgebreid machinepark, dat kan worden gebruikt voor utiliteitsbouw en diverse takken van industrie. Onder meer is een bijdrage geleverd aan de Total-vestiging in Vlissingen-Oost en aan het bedieningshuis van de Brienenoordbrug te Rotterdam. Hollestelle Handel is een technische groothandel die meer dan 80.000 artikelen en materialen kan leveren, waarvan er 40.000 (uit voorraad) zo nodig binnen 24 uur kunnen worden geleverd. Het gaat hierbij om materialen als lasapparatuur, gereedschappen, slangen en hijswerktuigen. Het nieuwe onderdeel Kranentechniek B.V. is gespecialiseerd in het ontwerpen van hijsinstallaties in allerlei varianten.

Er werkten in die tijd ongeveer 60 mensen bij de 'Koninklijke Hollestelle'. Het bedrijf ontwikkelde  zich voorspoedig. In het najaar van 1997 werd naar een nieuw bedrijfspand gegaan aan de Amundsenweg op het industrieterrein 'De Poel II' te Goes. Op 26 februari 1997 werd de eerste paal geslagen door de Danny, dochter van holdingsdirecteur Jan.

Het bedrijf breidde zich ook uit op het gebied van dienstverlening, zoals ARBO-keuringen, wat uitmondde in de oprichting van Hollestelle Keurinstituut in 2004. Bij de Koninklijke Hollestelle Groep werken in totaal 85 mensen. Door steeds met de tijd mee te gaan is een schat aan moderne technische kennis opgebouwd. De onderneming kenmerkt zich door een hoog kwaliteitsniveau, een hoogwaardige bedrijfsruimte en service. In het bedrijfspand bevinden zich onder één dak ontwerp en uitvoering van constructiewerken, specialistische hijstechniek en een technische groothandel van megaformaat.

Danny werd met ingang van 1 januari 2007 algemeen directeur van het bedrijf en haar vader Jan trad terug.