De historie van Sas van Gent

Home

1644-1800

De sterkte Sas van Gent           

verovering SvG door prins Frederik Hendrik 1644De verovering door Prins Frederik Hendrik op 5 september 1644 zal een ommekeer geven voor de vesting Sas van Gent. Ze werdt losgemaakt van de jurisdictie van Gent en zal verder gaan als een zelfstandige gemeente. Dat alles zien we terug in de opbouw van Sas van Gent. Van een plaats met amper 45 woningen zal het nu uitgroeien tot een welvarende plaats waar handel zal worden gedreven. De huizenbouw neemt dan ook evenredig toe. Een van de bekendste bouwers voor die tijd is Alexander Feris, een kanonnier en timmerman bij de troepen van de prins. Hij bouwt, zover is na te gaan, een 20 tal huizen verspreidt over het gehele Sas. Daarmee was Alexander Feris een van de grondleggers van het vergrootte Sas.

Na deze staatse verovering worden de vestingwerken verder uitgebreid met een gedeelte van de St. Anthonypolderuitbreiding door Prins Frederik Hendrik 1648. Je ziet boven het Sas van Gent gelegen fort genaamd Passluis liggen. In die tijd heette het "Het Pas van het Sas". In 1641 waren er reeds besprekingen gaande om een eind aan de tachtigjarige oorlog te maken en in Duitsland de dertigjarige oorlog. Men besloot in 1643 te Munster  samen te komen. Pas in 1646 arriveerde daar een delegatie van de Staten-Generaal. Het duurde dan echter nog tot 30 januari 1648, alvorens men tot ondertekening van de vrede overging. Op 15 mei 1648 volgde de bezwering van de vrede van Munster tussen Spanje en de Republiek. Aanvankelijk had Zeeland nog bezwaren omdat het grote winsten uit de kaperij niet wilde missen.

Na de vrede van Munster in 1648 werd de Sasse Vaart verwaarloosd. In 1652 vond de bedijking van Canisvliet plaats. Omdat Sas van Gent de Staatse grendel was geworden op de vaart naar het Spaanse Gent voldeden de oude vestingwerken niet meer. Aan vestingbouwkundige Herman Becker werd opdracht gegeven een geheel nieuwe vesting te ontwerpen, aangepast aan de eisen van de tijd. De werkzaamheden duurden van 1680 tot 1694.

Er brak nu een tijd van relatieve rust aan. In 1672 geraakte de Republiek der Verenigde Nederlanden in oorlog met o.m. Frankrijk. Via de Spaanse Nederlanden rukten de Franse troepen op naar Staats-Vlaanderen, waar men zich door inundaties trachtte teweer te stellen.(het laten onderlopen van gronden en polders, waardoor de vijand de stad niet kon bereiken). De Fransen probeerden in 1672 Sas van Gent door verraad in handen te krijgen. De commandant van het fort St.Anthony, Robert de Berceau, die men had getracht om te kopen, speelde het spel mee maar waarschuwde de prins van Oranje, waardoor deze poging werd verijdeld. Ter verdere bescherming van de vesting Sas van Gent werd aan de oostzijde, de Canisvlietpolder geïnundeerd en aan de westzijde, de St. Albertpolder. Door al deze inundaties gingen veel forten gelegen in de fortengordel verloren o.a. fort Nassau en fort St. Mark. De forten nabij Sas van Gent werden in 1673 verder ontmanteld. "Zij zouden alleen de vijant van nut kunnen zijn", aldus de commandant van het Sas. Door de op 10 augustus 1678 gSas van Gent op zijn top als vestingesloten vrede in Nijmegen, werd deze oorlog beëindigd.

De in 1673 gepleegde inundaties hadden er voor gezorgd dat dit gebied kwetsbaar was geworden voor de zee. De stormvloed van 1682 bracht Karel II koning van Spanje drastische verandering in het bedijkingpatroon aan.
De vrede duurde betrekkelijk kort want in 1688 begon een nieuwe oorlog met Frankrijk, de Negenjarige oorlog, die op 20 september 1697 door de vrede van Rijswijk werd beëindigd. Het was voor ieder duidelijk dat Frankrijk zijn aanspraken op de Zuidelijke- (Spaanse-)Nederlanden niet zou opgeven, was men in ons gebied mogelijk reeds voor de Negenjarige oorlog begonnen met de uitbreiding van de verdedigingswerken. In deze jaren kreeg de vesting Sas van Gent zijn prachtige vorm, die tot het einde van de 19e eeuw behouden kon blijven. In 1700 stierf de Spaanse koning Karel II. Zijn erfenis vormde een twistappel tussen de grote mogendheden. De Fransen bezetten de Zuidelijke-Nederlanden met volmacht van Philip van Anjou. Deze was in het testament als erfgenaam benoemd. In mei 1702 verklaarde o.m. de Republiek de oorlog aan Frankrijk. In 1713 maakt de Vrede van Utrecht een eind aan deze oorlog met Frankrijk (Spaanse Successieoorlog), waarbij de Zuidelijke-Nederlanden aan Oostenrijk kwamen. De republiek kreeg het recht om garnizoenen te leggen in een aantal vestingsteden van de Zuidelijke-(nu Oostenrijkse-)- Nederlanden.

De Zuidelijke-(nu Oostenrijkse-)-Nederlanden bleven een twistappel tussen de Europese mogendheden. In 1740 stierf Karel IV van Habsburg. Hij werd opgevolgd door zijn dochter Maria Theresia. Dit werd door verschillende pretendenten, gesteund door Frankrijk, betwist.
In 1744 verklaarde Frankrijk openlijk de oorlog aan Oostenrijk, Engeland en later de Republiek en viel de Zuidelijke-Nederlanden binnen. In 1745 werd dwars door de Canisvlietschorren een dam gelegd om een scheiding te maken tussen het water uit de Sasse en dat uit het Axelse Gat. Aan de noord-westzijde van de dam werd het fort Evertsdam gelegd. Om de vrede met de republiek te forceren begonnen de Fransen op 17 april 1747 een aanval op Staats-Vlaanderen. Op 30 april 1747 werd Sas van Gent, na 10 dagen belegering, door de Fransen ingenomen. Tijdens dit beleg waren de kerk, commandeurswoning, het hospitaal, verschillende magazijnen en barakken afgebrand of door Frans kanonsvuur verwoest. In mei 1748 werd door middel van de Vrede van Aken een eind gemaakt aan de Oostenrijkse Successieoorlog. Pas met het verdrag van Fontainebleau in 1785 kwam een eind aan alle dreigingen.

Maar door alle oorlogsdreigingen gaf men uitvoering aan een reeds eerder gemaakt plan. Een beter defensie plan van Staats-Vlaanderen op te zetten. Men diende alles te bedijken tussen Sas van Gent en Hulst, men begon in 1784 met de bedijking van de Nieuw-Kieldrechtpolder en eindigde met de bedijking van de Canisvlietpolder in 1790. Typerend voor deze bedijking was de militair-defensieve achtergrond. De sluizen die nodig waren voor de normale afwatering van de polders, moesten tevens dienst kunnen doen voor het zo nodig uitvoeren van inundaties. Bij deze sluizen o.a. de Passluis en de sluis bij de Zwartenhoek (de Batterij) werden versterkingen aangelegd.

.


Na het begin van de Franse Revolutie kwam er in 1792 weer gevaar voor oorlog met Frankrijk. De vesting werd weer in paraatheid gebracht. Prins Willem V besloot na een inspectieronde door dit gebied zijn troepen terug te trekken. Slechts een kleine bezetting bleef de Fransen opwachtten.
Op 23 oktober 1794 werden de vestingen overgedragen aan de Fransen, ook die van Sas van Gent. De Fransen zouden blijven tot februari-maart 1814.
De Fransen begonnen na de inlijving van Staats-Vlaanderen bij Frankrijk, verdrag van Den Haag 16 mei 1795, met de ontmanteling van de Sasse vesting.

 

Vervolg