In 2000 zijn door de 17 gemeenten van
Zeeland 88 bestemmingsplannen aangeboden om te worden goedgekeurd. Er
worden meer nieuwe bestemmingsplannen aangeboden dan dat er oude komen
te vervallen. Vandaar dat er inmiddels 1225 bestemmingsplannen zijn in
Zeeland die nog van kracht zijn. Vroeger had elk onderdeel een eigen
plan. Nu werkt de provincie steeds meer met “integrale visies”. Dat
zijn plannen voor Zeeland op de lange termijn die verder gaan dan alleen
de ruimtelijke ordening. Bij het Integraal Omgevingsbeleid staat heel de
leefomgeving centraal.
Voor enkele gebieden in Zeeland zijn of worden regiovisies opgesteld.
Een regiovisie is een plan van uitvoering voor een gebied waarbij zoveel
mogelijk geprobeerd wordt alle problemen die er zijn, in één keer op
te lossen. Bij de meeste regiovisies gaat het om verbeteringen aan
campings, fietspaden, wegen, parkeergelegenheden voor auto’s en
fietsen en goede strandvoorzieningen. Maar niet alleen aan zee en strand
wordt gedacht. De toeristen moeten ook iets kunnen doen als het geen
strandweer is. Het oplossen van die problemen gebeurt gezamenlijk met
allerlei instanties zoals gemeenten, rijkswaterstaat, waterschap en
organisaties voor boeren, natuur en recreatie. Er zijn regiovisies voor
Walcheren, de Kop van Schouwen en Goes en omstreken. Voor het Veerse
Meergebied en West-Zeeuwsch-Vlaanderen worden regiovisies gemaakt.
Omgevingsplan Zeeland
Het Omgevingsplan Zeeland is op dit
moment het belangrijkste door de provincie op te stellen rapport voor
de toekomst van Zeeland. Het is een beleidsplan van de provincie dat
op hoofdlijnen aangeeft hoe de provincie er over vijftien tot twintig
jaar uit moet zien. Het beschrijft vooral de thema’s ruimtelijke
ordening, waterhuishouding en milieu, maar het beschrijft ook de
richting voor bijvoorbeeld landschap, wonen of natuur. Het plan zal de
opvolger zijn van drie belangrijke bestaande beleidsplannen.
Het Omgevingsplan Zeeland moet
klaar zijn in mei 2006 omdat het huidige Streekplan tot dan geldt.
Het nieuwe plan zal richtinggevend zijn voor de ruimtelijke
ontwikkeling van Zeeland. Plannen van de provincie, van andere
overheden en van andere organisaties moeten voldoen aan de
beleidsvarianten zoals die uiteindelijk in het Omgevingsplan worden
vastgelegd. Voor de gemeenten zal een belangrijke rol zijn weggelegd
bij de handhaving van het beleid, met name via het instrument van
bestemmingsplannen en milieuhandhaving.
Westerschelde Container Terminal
Een groot project waar
al veel tijd en geld in gestoken is, maar waarvan het doorgaan nogsteeds
onzeker is, is de aanleg van de Westerschelde Container Terminal (WCT).
De aanleg hiervan houdt ook veel Zeeuwen erg bezig. In 1997 begon de
verkenning naar de mogelijkheden van een grote containerterminal in
Zeeland. Vrijwel direct werd in een vroeg stadium werd het Antwerpse
havenbedrijf Hesse-Noord Natie, de beoogde uitbater van de WCT, erbij
betrokken. De haven van Singapore is grootaandeelhouder van dit
Antwerpse havenbedrijf en zal naar verwachting ook voor de nodige
klanten van de terminal gaan zorgen.
Havenbedrijf Zeeland Seaports draagt €
50.000.000 bij en verstrekt een banklening van € 300.000.000 in de
gezamenlijke Exploitatiemaatschappij Schelde Maas (ESM), die de
container- terminal gaat ontwikkelen. Het Gemeentelijk Havenbedrijf
Rotterdam steekt ook € 50.000.000 in de realisatie van de terminal. Daarmee
is Rotterdam mederegisseur van de havenontwikkelingen in het Zeeuwse.
Men ziet havens als Rotterdam en Vlissingen namelijk niet als
concurrenten. Zij vullen elkaar aan. Rotterdam trekt de grote
intercontinentale containerlijnen aan, Vlissingen specialiseert zich in
deelmarkten.
Voordelen
De WCT kan volgens planning in 2006 gaan draaien. Het Zeeuwse haven- en
industriecomplex kan zich dankzij een dergelijke kade verder
ontwikkelen. Alle voorspellingen gaan uit van groei van de wereldhandel
en het verpakken van goederen in containers neemt dan steeds toe. Veel
bedrijven, die in de toeleverende of de dienstverlenende sfeer op de
containerterminal gericht zijn, zullen zich in de regio willen vestigen.
En dat is weer goed voor de werkgelegenheid.
De ligging nabij de grote scheepvaartroutes, de beschikbaarheid van diep
vaarwater, de lengte van de kade en de gunstige achterlandverbindingen
zijn sterke troeven. De Zeeuwse havens zullen dankzij de komst van de
terminal deel uit gaan maken van internationale maritieme netwerken.
Nadelen
Er zal sprake zijn van een enorme toename van het
goederenvervoer door Zuid-Beveland. Voor de gemeente Borsele worden deze
nadelen gecompenseerd door een aan- zienlijke bijdrage in de aanleg van
het Sloebos en van extra woningbouwmogelijkheden.
Voor de gemeenten Goes en Kapelle worden extra maatregelen ter beperking
van geluid- en trillinghinder en andere nadelige gevolgen van het extra
treinverkeer voorbereid. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft
voor dit doel € 5.500.000 beschikbaar en de provincie zet er €
1.000.000 voor opzij.