HET LAATSTE
NIEUWS
"Het allerprilste universum was
vloeibaar"
Onmiddellijk na de Oerknal gedroeg het heelal zich als een vloeistof, zo
heeft de universiteit van Kopenhagen dinsdag bekendgemaakt.Ze steunt daarbij
op onderzoek met een deeljesversneller en zet meteen de meest gangbare
theorie op zijn kop.
Deense onderzoekers lieten tussen 2000 en 2003 in de RHIC deeltjesversneller
van het Brookhaven National Laboratory in het Amerikaanse Long Island
herhaaldelijk goudatomen zo hevig met elkaar in botsing komen dat hun
energie kort 1000 miljard graden celsius bedroeg. De deeltjesverneller
werkte aldus als een soort teletijdmachine want daarmee werden de
omstandigheden nagebootst minder dan een honderd miljoenste seconde na de
Big Bang.
Alles was toen zo heet dat de mengeling van de meest fundamentele
bouwstenen, quarks en gluonen, vermoedelijk een vloeibare fase doormaakte
alvorens te condenseren tot atoomkerndeeltjes. "Wij vonden voor het eerst
duidelijke aanwijzingen dat quarks en gluonen zich als een vloeistof
gedroegen", aldus professor Jens Gaardhje van de Universiteit van
Kopenhagen.
Het gaat zelfs om de bijna perfecte vloeistof, voegde Sam Aronson van het
labo daaraan toe in Amerikaanse media. Waarmee niet een glas fijne champagne
wordt bedoeld maar een vloeistof met zo goed als geen viscositeit of interne
wrijving. In dit geval is de totnogtoe laagst mogelijke viscositeit bereikt,
beklemtoont Peter Steinberg van Brookhaven.
Totnogtoe was men ervan uit gegaan dat de fundamentele bouwstenen van de
materie alleen een (heet) gas hadden gevormd. De vondst heeft ook andere
implicaties voor de kosmologische theorievorming.
Onlangs opperden sommigen immers dat materiaal dat door zwarte gaten wordt
opgeslokt ook een extreem lage viscositeit zou hebben. Wat tot de hypothese
leidde dat er een nauwer verband kan zijn tussen wat er in een zwart gat
gebeurt en wat er zich afspeelt wanneer atomen van goud op elk elkaar
knallen in de RHIC. Voor natuurkundigen is elke mogelijkheid om parallellen
te trekken tussen beide fenomenen een kans om in de buurt te komen van de
heilige graal in dit onderzoeksgebied, de door Albert Einstein nooit
gevonden maar verwoed theoretisch nagestreefde unificatie van de
natuurkrachten.