Opdrachten voor in je snelhechter

 

Opdracht 1

Presenteer je levensvisie op een A4

Je mag daarbij werken met tekeningen, foto’s, plaatjes, kleuren, symbolen, woorden en teksten…kortom alles wat op een plat vel papier past.

Degene die dit papier bekijkt, moet een goed beeld krijgen van wat op dit moment je levensvisie is.

 

Veel leerlingen vinden deze opdracht op het eerste gezicht erg moeilijk. Toch heb je voldoende geleerd om dit te kunnen. Probeer het maar eens!

 

In de lessen van dit jaar heb je van alles geleerd over wat een levensbeschouwing is.

Ik zet het nog eens op een rijtje:

 

A. In de eerste lessen ging het over “Mensen hebben een levensbeschouwing”.

Met een voorbeeld (Fikkie) heb ik je laten kennismaken met een stukje van levensbeschouwing. In je reactie op het toneelstukje met Fikkie (wat je dacht en zou doen) zit iets van je levensbeschouwing. De samenvatting van deze lessen vind in de stencil.

 

B. In de daarop volgende lessen ging het over “Levensbeschouwing herkennen”. Een samenvatting van deze lessen vind je in deze stencil.

Je leerde onderscheid te maken tussen verschillende soorten zinnen, die mensen met andere bedoelingen schrijven of zeggen. We noemden ze FU, PU of LU. Alleen in een LU (ofwel Levensbeschouwelijke Uitspraak, ofwel Overtuigingsuitspraak) brengen mensen steeds een stukje van hun levensvisie onder woorden. Alleen in een LU zit dus levensbeschouwing.

 

C. In de lessen daarna ging het over het verschil tussen levensvragen en niet-levensvragen (= “gewone vragen”) Een samenvatting van die lessen vind je in deze stencil.

Je hebt geleerd dat het antwoord op een levensvraag, een stukje van iemands levensvisie bevat. Omgekeerd: Je kunt een levensvraag herkennen, door ze te beantwoorden…als het antwoord een of meer LU’s bevat, is de vraag een levensvraag. Als er in het antwoord alleen FU’s en/of PU’s zijn, dan moet je het als een gewone vraag beschouwen.

  

D. Op blz. 21 en 22 van het boek (Standpunt deel 1) wordt een definitie gegeven van levensbeschouwing of levensvisie: “Een kijk op het leven, waarin je een voorlopig antwoord geeft op levensvragen”.

Een voorlopig antwoord: want het antwoord kan veranderen

Je kunt ook zeggen: Je levensvisie zijn al je LU’s bij elkaar.

Of: al je antwoorden op levensvragen samen.

Of: Je levensvisie dat zijn al je overtuigingen.

Of: Met hun levensvisie geven mensen betekenis aan allerlei dingen waar zij in hun leven mee te maken krijgen.

Je levensbeschouwing heeft dus met je verstand, met je denken te maken. Je geeft vorm aan je levensbeschouwing, door dingen die je meemaakt (ervaringen). Iemand die liefde voelt voor een dier, zal - als hij erover nadenkt -een liefdevolle betekenis geven aan dieren en ze niet slecht willen behandelen.