Christiaan de Vlieger, geboren op 1 januari 1829, overleden te Middelburg op 11 maart 1897, zoon van Christiaan de Vlieger en Maria Josina Wilhelmina van der Werf.
Hij is getrouwd te Middelburg op 5 mei 1852 met
Elisabeth Cornelia Remijn, geboren te IJzendijke op 26 februari 1825, overleden te Middelburg op 5 juni 1911, dochter van Jan Remijn en Pieternella Jacoba Eckhardt.
De overleveringen schetsen Christiaan de Vlieger af als een wat minder vrolijk man ; misschien hebben de omstandigheden van die tijd hem wel zo gemaakt. Op 37-jarige leeftijd komt zijn vrouw in het kraambed te overlijden ; het kind, een dochtertje wordt dood geboren. De oudste dochter, Betsie (Elisabeth Cornelia , mijn grootmoeder ) moet nu eigenlijk voor het hele gezin zorgen.
Het was bovendien hard werken geblazen ; vader Christiaan werkte destijds als timmerman bij de bouw van het Badhotel te Domburg .s'Maandags voor dag en dauw ging hij dan lopend naar Domburg naar zijn werk tot woensdagavonds . Hij kwam dan weer lopend terug om te kunnen repeteren met de muziekvereeniging en ging dan de volgende ochtend weer opnieuw op pad tot zaterdagmiddag.De kinderen en vooral Betsie konden niet met hun vader's tweede vrouw opschieten .Betsie verliet na enige tijd het huis en ging toen met nog een zuster en twee broers samenwonen op een bovenverdieping aan de Beddewijkstraat. Betsie kon toen zelf al de kost verdienen door voor een paar families in Middelburg (o.a. de familie Boasson) te naaien en te verstellen.
Uiteindelijk zijn de zusters Betsie en Leentje getrouwd met twee broers , n.l. Jan en Frans van de Putte . Vader Christiaan is tenslotte met zijn zoon Christiaan (ook timmerman) naar Den Haag vertrokken.