ELK RAS WELKOM

Op 18 mei 1940 daalde ook over Zoutelande de nacht van vier en een half jaar Duitse bezetting. Op de morgen van die dag reed de eerste Duitse soldaat op zijn motor het dorp binnen. Een tijd van hoop en vrees volgde.
Toen na 6 weken ook het grote Frankrijk capituleerde, leek alle hoop, dat Nazi-Duitsland nog eens verslagen zou worden, voorgoed verloren.
Met angstig hart werd ook met Engeland meegeleefd. 
Dit alles nam niet weg, dat velen zich langzamerhand wisten "aan te passen ".
Zo waren er ook uit Zoutelande, die in Vlissingen werk vonden bij het in orde brengen van een vliegveld dat moest dienen voor de aanval op Engeland. Zelfs op zondag werd er door "vrijwilligers" aan dit vliegveld gewerkt, want dat gaf dubbel loon!
Anderen hadden geen bezwaar tegen een "zwart handeltje" met de vijandelijke soldaten die in de duinen gelegerd waren. Er waren zelfs meisjes die zich weldra lieten verleiden tot een zeer vertrouwelijke omgang met de bezetters, dit gaf aan het einde van de oorlog aanleiding tot een soort volksgericht.

Gelukkig waren er ook veel Zoutelanders die niet aan "aanpassen"dachten.
Een van hen was Ds. W. Oosthoek, predikant van de Hervormde Gemeente, van 1933-1948

Dit bleek o.a. in het 2e oorlogsjaar.
Was het Duitse juk de eerste tijd nog niet zo zwaar geweest, nu begon het echt te knellen. Dit ondervonden in zeer ernstige mate onze Joodse landgenoten. 
In augustus 1941 moesten op alle openbare gebouwen bordjes worden aangebracht met daarop de volgende woorden: 
"VOOR JODEN VERBODEN"
Dit moest gebeuren op de 2 cafés,
De Rode Leeuw en Duinzicht, welke ter weerzijden van de toenmalige Pastorie stonden in de Langstraat.
Dit was voor predikant Oosthoek aanleiding om voor zijn raam ook een bordje te plaatsen, maar met de woorden: "ELK RAS WELKOM".
Dit als openlijk protest en als een stuk verzet tegen iets onmenselijks en barbaars. Het was meteen een aanklacht tegen de struisvogelpolitiek van zovelen waardoor de Joden aan hun lot werden overgelaten.
De caféhouders hebben dit laatste blijkbaar begrepen, want hun bordje was spoedig verdwenen.

Zes weken heeft het bordje bij Ds. Oosthoek voor het raam van de pastorie gestaan. Toen kwam de Feldgendarmerie, die hem gelastte het te verwijderen. Toen de dominee dit beslist weigerde, namen "de heren"  het zelf weg en verdwenen. Kort daarop moest Ds. Oosthoek voor het Landesgericht in Den Haag verschijnen. Daar trachtte hij uit te leggen waarom hij moest opkomen voor de Joden.
"Maar mijn opkomen tegen de gruwelijke Jodenvervolging is tevens bedoeld voor het bestwil van Duitsland, want als het Duitse volk zo handelen blijft met Joden, zal Gods vloek over Duitsland komen, zo erg dat het mijn hart nu reeds pijn doet, als ik er aan denk. Als christen ben ik blij het U als vertegenwoordiger van het Duitse volk te mogen zeggen, om U en Uw volk te waarschuwen".

De Staatsanwalt noemde de predikant een idioot, een krankzinnige. Hij eiste 3 maanden gevangenis straf. De rechter veroordeelde hem tot die eis maar gaf meteen de stille wenk in hoger beroep te gaan. De dominee deed dit, voor het Obergericht staande sprak de beschuldigde in dezelfde geest als voor het Landesgericht.
"Als de Anwalt gelijk krijgt, dat deze geestdrijverij de kop moet worden ingedrukt, dan wordt aan heel de kerk en heel de bijbel uit naam van het Duitse Rijk de oorlog verklaard".

Na deze laatste zitting luidde de uitspraak: 3 maanden gevangenisstraf of een boet van f 180,- plus proceskosten.

( uit het boekje "Zoutelande door de eeuwen heen" geschreven door N. Smeets )

Zoutelande 60 jaar bevrijd

Home