Verslag 2 Stageperiode 2


 


 

 

 




Verslag 2 Stageperiode 2


 


 

 

 




Inhoudsopgave

 


1.0 Inleiding............................................................................................................................... 4

2.0 Transatlantische verbindingen.......................................................................................... 5

3.0 Internet via de kabel mogelijk maken op een bestaand netwerk................................ 10

3.1 Voor er kabeltelevisie was......................................................................................... 10

3.2 Situatie begin kabeltelevisie...................................................................................... 10

3.3 Netwerk retourgeschikt maken................................................................................... 10

3.4 Glasvezel...................................................................................................................... 11

3.4.1 Stelling van shannon............................................................................................. 11

3.4.2 rekenvoorbeeld stelling van Shannon................................................................. 12

4.0 Internet via de kabel aansluiten...................................................................................... 13

4.1 Huisinstallatie standaard............................................................................................. 13

4.2 overname punt met twee uitgangen........................................................................... 13

4.2.1 Het opsteekfilter.................................................................................................... 13

4.3 overnamepunt met één uitgang.................................................................................. 15

4.4 De coax kabel.............................................................................................................. 15

4.5 Het kabelmodem......................................................................................................... 16

4.5.1 Datasheet kabelmodem...................................................................................... 17

4.5.2 Headend................................................................................................................ 18

4.5.3 Snelheid van het kabelmodem............................................................................ 18

4.5.4 Het management systeem................................................................................... 18

5.0 Installatie op de computer............................................................................................... 19

5.1 Netwerkkaart................................................................................................................ 19

5.1.1 Installeren van de netwerkkaart........................................................................... 19

5.2 Configuratie van de PC............................................................................................... 19

5.2.1 DHCP.................................................................................................................... 20

5.2.2 Netwerkconfiguratie............................................................................................. 20

5.3 Instellingen van programma’s..................................................................................... 20

5.4 PIP................................................................................................................................. 21

6.0 Verbinding tussen kabelmodem en computer.............................................................. 22

7.0 Bellen via de kabel.......................................................................................................... 23

8.0 Overzicht van aanbieders IvdK....................................................................................... 24

9.0 Samenvatting................................................................................................................... 25

10.0 Literatuurlijst................................................................................................................... 26

11.0 Ondertekening............................................................................................................... 27


1.0 Inleiding

 

Dit verslag gaat over kabelmodems en een klein stukje over transatlantische verbindingen (in de inleiding) Dit verslag doe ik nu over kabelmodems, omdat ik er zeker elke dag wel een keer mee in aanraking kom. Ik ga regelmatig Internet via de kabel bij klanten aansluiten, en aan de telefoon kom je ook klanten tegen die problemen hebben met de kabelverbinding.


2.0 Transatlantische verbindingen

 

Een bedrijf dat de laatste tijd veel transatlantische verbindingen realiseert is Global Connection. Hiernaast vindt je een overzicht van de transatlantische verbindingen wereldwijd, aangelegd door Global connection.

 

 

 

 

 

In Europa hebben ze het volgende netwerk aangelegd:

 

 

Dit netwerk (Pan European Crossing (PEC)) wordt in de toekomst nog uitgebreid naar de steden die als een witte punt op de bovenstaande kaart zijn aangegeven.


Tekstvak: Antwerpen, België
Brussel, België
Praag, Tjechie
Kopenhagen, Denemarken
Lion, Frankrijk
Marseille, Frankrijk
Parijs, Frankrijk
Strasbourg, Frankrijk
Berlijn, Duitsland
Cologne, Duitsland
Dresden, Duitsland
Dusseldorf, Duitsland
Frankfurt, Duitsland
Hamburg, Duitsland
Hannover, Duitsland
Leipzig, Duitsland
Nuremberg, Duitsland
Stuttgrad, Duitsland
Milaan, Italië
Turijn, Italie
Amsterdam, Nederland
Rotterdam, Nederland
Zurich, Zwitserland
Londen, Engeland
Hiernaast staan steden die een

verbinding met PEC  hebben:

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De kabel die hier ligt is een G655 Glasvezelkabel, met 24 tot 72

aders. De snelheid die gehaald

 kan worden is ongeveer 400

 Gbps. De lengte van dit netwerk

 in europa is ongeveer 11.000 km.

 

 

 

 

 

 

Hieronder zie je de plaatsen waar het europees netwerk gekoppeld zit aan de AC-1 (Atlantic Crossing)

Whitesands, Engeland

Beverwijk, Nederland

 
 

 

 

 


De AC-1   koppeling bestaat uit 4 glasvezelparen. Per paar is de capaciteit 80Mbps, dus samen 320 Mbps. De capaciteit van eerdere kabels tussen Europa en Noord Amerika is hiermee verdubbeld.

 

Het leggen van z’n kabel is een vrij ingewikkeld proces. Speciale schepen worden hiervoor gebouwd. Deze schepen kunnen een afstand van ongeveer een vijfde van de Atlantische oceaan overbruggen, meer kabel kunnen ze niet meenemen. Waar het kan, wordt de kabel in het zand gegraven. Dit gebeurt met een speciaal onderwatervoertuig, die een gleuf in het zand graaft. Hierna wordt de kabel er ingelegd. Dit wordt gedaan ter bescherming, omdat als er een breuk optreedt, je niet meer bij de kabel kan komen om het te repareren. Door de stroming gebeurt het vaak dat de  geul al dichtgeslibd is, voordat de kabel er inlicht. Het leggen van de AC-1 verbinding heeft ongeveer  7 maanden geduurd.

 

Enkele  toepassingen voor deze kabels zijn:

 

·                    Huurlijnen  voor bedrijven

·                    Internet

·                    Telefonie

 

Er liggen nog meerdere kabels onder de oceanen va de wereld, hieronder zie je een overzicht met de capaciteiten:

 

 

1988

1989

1990

1991

1992

1993

1994

1995

1996

1997

1998

1999

2000

2001

2002

2003

TAT-8

0.56

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

PTAT-1

 

1.68

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

TAT-9

 

 

 

 

1.12

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

TAT-10

 

 

 

 

1.68

1.68

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

CANTAT-3

 

 

 

 

 

 

5

 

 

 

 

 

 

 

 

 

TAT-12

 

 

 

 

 

 

 

5

 

 

2.5

7.5

 

 

 

 

TAT-13

 

 

 

 

 

 

 

 

5

 

2.5

7.5

 

 

 

 

Gemini

 

 

 

 

 

 

 

 

 

30

30

 

 

 

 

 

AC-1

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

40

40

 

 

 

 

TAT-14

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

640

 

 

 

Level 3

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1280

 

 

 

FLAG Atlantic

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

160

160

320

320

Hiberna

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1280

 

 

AC-2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2560

 

 

Project Oxygen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2560

 

1280

Atlantica-2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2560

 

Teleglobe

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2560

 

Totaal

0.56

1.68

0

0

2.8

1.68

5

5

5

30

75

55

2080

6560

5440

1600

Cum. Totaal

0.56

2.2

2.2

2.2

5

6.7

12

17

22

52

127

182

2262

8822

14262

15862

 

Alle waardes zijn in Mbps

 

 

 

In bovenstaande tabel zie je duidelijk dat na het leggen van de AC-1 verbinding, de transatlantische capaciteit verdubbeld is (van 57 naar 127 Mbps).



De capaciteit van de transatlantische verbindingen in de afgelopen jaren en in de toekomst zie je hieronder:

Voor telefonie is heel weinig bandbreedte nodig. Voor Internet wordt de behoefte aan bandbreedte steeds groter. Dit komt omdat er veel multimedia toepassingen op het World Wide Web komen. De beschikbare capaciteit is ruim voldoende voor de op dit moment gebruikte toepassingen.

 


Hieronder vindt je een grafiek waarin duidelijk te zien is dat er in de toekomst veel meer bandbreedte komt. Dit komt voor het grootste gedeelte door de nieuwe technieken die toegepast worden. (zoals kabels e.d.)

 


In het begin van de negentiger jaren was de groei van de transatlantische bandbreedte net echt groot. Dit kwam omdat het vooral gebruikt werd voor telefonie, en een telefoonsignaal heeft nu eenmaal een vaste bandbreedte, en is niet onderhevig aan grote bandbreedte vergroting. Een medium als Internet is dit wel (multimedia toepassingen)

 

Als er een snelle verbinding ligt tussen de verschillende  werelddelen, maar je hebt een ‘oud’ 28k8 modem, heb je er nog niet heel veel aan. Het is misschien een heel klein beetje sneller. Een kabelmodem is hiervoor een uitkomst. Dit is veel sneller dan een verbinding via een telefoonlijn. Op dit moment zijn er 4 verschillende abonnementen bij ZeelandNet voor Internet via de kabel. Hieronder zie je een overzicht van de abonnementen:

 

 

Kabel 128

Kabel 256

Kabel 512

Kabel 1024

Snelheid (bps)

128

256

512

1024

Dataverkeer (Mb)

1000

2000

4000

8000

 

Het ‘langzaamste’ kabel abonnement (kabel 128) is nog steeds ruim 4 keer zo snel als een 28k8 modem. Een heel groot voordeel is ook dat je  geen telefoonkosten meer hebt. Je kan dus altijd gebeld worden als je aan het internetten bent. Een ander voordeel is dat je niet in hoeft te bellen, zodra je de computer aanzet, heb je verbinding met internet.


3.0 Internet via de kabel mogelijk maken op een bestaand netwerk

 

Het is een erg kostbaar om op een bestaand netwerk van radio en televisie, ook internet mogelijk te maken. In het netwerk zitten versterkers. Deze versterkers versterken maar één kant op, namelijk naar de abonnee toe. Om internet via de kabel mogelijk te maken, heb je de een heengaand en een teruggaand signaal nodig. Om dit te realiseren, moeten alle versterkers in het netwerk een kleine aanpassing hebben. Er wordt een chip in geplaatst, die het mogelijk maakt, om het heengaande signaal en het teruggaande signaal te versterken.

 

3.1 Voor er kabeltelevisie was

 

Voor dat er kabeltelevisie was, werden alle signalen door NOZEMA in Lopik verstuurd (zie hiernaast). In de TV mast in Goes werden deze signalen opgepikt en verstert en naar de antennes op de huizen gestuurd.

 

 

3.2 Situatie begin kabeltelevisie

 

Op vier centrale plaatsen in Zeeland op gebouwen stonden antenne’s en schotelantennes. Deze antenne’s vingen de radio en televisiesignalen. Deze signalen werden gecodeerd en op de kabel gezet. Dit signaal werd versterkt, en kwam uit bij een grijs kastje (wijkkast) in de straat. Op een wijkkast kunnen ongeveer 350 huizen aangesloten worden. Dit netwerk was volledig van coax kabel. Dit kon omdat er naar elke aansluiting maar 1 signaal moest, een richting op.

 

3.3 Netwerk retourgeschikt maken

 

In bovenstaande situatie is het lastig om nog een signaal terug te sturen. Een centrale krijgt dan heel veel data te verwerken. De ruis zou ook zo groot zijn, dat er van het oorspronkelijke signaal niet veel meer over is. Om deze situatie niet te krijgen, is er van Zekatel uit één centraal punt in Zeeland geplaatst. Dit centrale punt staat in Goes. Vanuit Goes lopen er naar 15 LDC (LDC) glasvezelkabels. Vanuit elke LDC lopen er verschillende glasvezelkabels naar de wijkcentrales. Vanuit een wijkcentrum lopen er gewone coax kabels (altijd een groene kabel) naar de abonnee’s.


Er zijn meerdere glasvezelkabels van het centrale punt in Goes naar de LDC, en van de LDC naar de wijkcentrales. Vier om precies te zijn. Eén voor het heengaande signaal, één voor het teruggaande signaal, en de twee die over zijn als reserve, mocht er een van de twee kabels die gebruikt worden kapot getrokken worden. De transatlantische kabels (zie inleiding) bestaan ook uit vier glasvezelkabels.

 

Een eigenschap van COAX is dat hoe langer de kabel, des te hoger wordt de demping. Als één iemand die ver weg zit bij de wijkcentrale gaat zenden, dan lukt dat nog wel. Maar als tegelijkertijd iemand die dicht bij de wijkcentrale zit tegelijkertijd gaat zenden, dan komt het signaal van degene die ver van de wijkcentrale af zit, bijna niet door. De versterkers die in het netwerk zitten moeten er voor zorgen dat bij iedere abonnee het signaal even sterk is. Om dit te realiseren moeten er heel veel berekeningen gedaan worden, wat een kostbaar karwei is, om de weerstand van de versterker in te stellen.

 

Voor het eind van 1999 is het de bedoeling dat ongeveer 95% van heel Zeeland retourgeschikt is gemaakt.

 

3.4 Glasvezel

 

Datatransport via een glasvezel wordt gerealiseerd met licht. Aan de ene kant van de glasvezel staat een lichtbron, die signalen elektrische signalen omzet in optische signalen. Aan de andere kant van de glasvezel staat een ontvanger die de optische signalen weer omzet naar een elektrisch signaal.

 

De draden (van glas) zijn zeer dun, en heel erg helder. Als het water van de zee even helder was, dan kan je als  je aan deze kant van de oceaan onderwater kijkt, de andere zien!

 

De bandbreedte van glasvezel kan worden berekend met de stelling van shannon.

 

3.4.1 Stelling van shannon

 

 Om meer dan twee keer x bandbreedte te kunnen verzenden kan, door verschillende signaal niveaus. Hier zitten beperkingen aan, omdat er ook altijd nog ruis optreedt. Aan de uitgang van een component ontstaat altijd een iets zwakker signaal dan dat je er in stopt. De verhouding tussen het inkomende en uitgaande signaal wordt de Signaal Ruis (Noise) verhouding (S/N) genoemd. Deze verhouding wordt uitgedrukt in dB (deciBell)

 

Bij een S/N verhouding van Z bestaat er precies signaal niveau dat ver genoeg uit elkaar ligt om nog uit het signaal te halen.

 


De Stelling van Shannon is als volgt:

 

 

Waarbij f de hoogst mogelijke frequentie is

 

3.4.2 rekenvoorbeeld stelling van Shannon

 

In een bepaalde glasvezel wordt een signaal  met een golflengte van 1.44 tot 1.61 micrometer. De frequenties zijn dan:

Laagste

 

Hoogste

 

De bandbreedte is dus 22 THz. De signaal ruis verhouding van glasvezel is uitstekend.

 

De stelling van Shannon geeft een snelheid van ongeveer 200 Tbps, wat ongeveer overeenkomt met 6 miljard telefoonlijnen.

 

 

 

 

 


4.0 Internet via de kabel aansluiten

 

4.1 Huisinstallatie standaard

 

Internet via de kabel wordt altijd bij het abonnee overnamepunt van de Zekatel aangesloten. Dit punt zit bij nieuwere huizen in de meterkast (rechtse figuur), bij oudere huizen is dit d.m.v. een wandcontactdoos aangesloten (linkse figuur). Bij nieuwere huizen zit aan de groene coax kabel van de Zekatel een overnamepunt met één uitgang, voor zowel radio als ook voor televisie. Bij een wandcontactdoos zitten twee aansluitingen, één voor radio en één voor televisie. Huizen die nu worden gebouwd, in een gebied waar internet via de kabel mogelijk is, wordt al een speciale data-uitgang bij het bovenstaande figuur geplaatst (rechtse).

 

4.2 overname punt met twee uitgangen

 

De wandcontactdoos kom je in de praktijk het meeste tegen. Om hier internet via de kabel mogelijk  te maken, wordt eerst het binnenwerk vervangen. Dit wordt gedaan omdat in het verleden is gebleken dat het anders niet goed werkt. De wandcontactdozen werden niet vervangen, en na verloop van tijd werd de verbinding met internet steeds slechter (lees langzamer) en viel de verbinding soms weg. Nadat alle wandcontactdozen waren vervangen door kwalitatief beter, dus minder demping, was het probleem over.

 

Het type en de demping van de wandcontactdoos zijn:

TRAS-10/FF met een frequentiebereik van 5 tot 862 MHz, een demping van 0,5 dB

 
 

 

 


Nadat de wandcontactdoos is vervangen (binnenwerk), wordt er een zogenaamd opsteekfilter op de wandcontactdoos geplaatst.

 

4.2.1 Het opsteekfilter

Het opsteekfilter filter uit het radio en televisie signaal een data signaal voor internet via de kabel. Aan de onderkant (niet zichtbaar) zitten twee aansluitingen, radio en televisie. Deze wordt op de wandcontactdoos geplaatst. De aansluitingen van radio en televisie komen nu aan de onderkant te zitten. De data-uitgang wordt d.m.v. een coax kabel van maximaal één meter aangesloten op het kabel modem met f connectoren.

Hieronder zie je een datasheet van het opsteekfilter:

Het opsteekfilter dat door ZeelandNet gebruikt wordt is de CF-02/65. Het opsteekfilter en de wandcontactdoos zijn beide van het merk Tratec.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hierboven zie je een blokdiagram van een opsteekfilter. Het radiosignaal wordt direct doorgegeven, en in het televisie signaal wordt nog een teruggaand signaal ‘toegevoegd’.

 

Het opsteekfilter voorkomt o.a. dat het kabelmodem stoort op het televisie signaal.


4.3 overnamepunt met één uitgang

 

Het overnamepunt met één ingang zit bijna altijd in nieuwere huizen. Om hier internet via de kabel op mogelijk te maken, hoef je geen opsteekfilter te gebruiken, maar kan je het bestaande overnamepunt (lees abonneeovernamepunt) vervangen door een overnamepunt die al een speciale data-uitgang heeft. Het filter zit al in het overnamepunt.

 

In onderstaande tabel zie je een overzicht van de technische specificaties van het abonneeovername punt dat door ZeelandNet wordt gebruikt:

 

Tratec TRPR – 10 / MI – FF / 60

Frequentie (MHz)

Demping (dB)

In – uit

In – data

In – uit

In – data

80 – 862

5 – 60

80 – 862

1,3

0,5

10

 

 

 

 

 

 

 

4.4 De coax kabel

 

De coax kabel die vanaf het opsteekfilter loopt, wordt aan beide kanten voorzien van een f connector. Deze f connectoren worden heel veel toegepast in satelliet ontvangst.

 

Hieronder zie je drie stappen om een f connector aan een kabel te zetten.

1              2      3

 

 

 

 

 

 

1         Standaard cat 12 coax kabel

2         Coax kabel kan met speciaal gereedschap af te strippen (kan ook met stanleymes)

3         De f connector kan er nu op gedraaid worden. Hier is ook een speciaal stukje gereedschap voor, maar het kan ook heel goed zonder.

 

De coax kabel wordt vervolgens op het opsteekfilter geschroefd, of op het abonneeovernamepunt,  en op het kabelmodem. De adapter van het kabelmodem kan nu aangesloten worden op het lichtnet.


4.5 Het kabelmodem

 

Het merk kabelmodem dat gebruikt wordt is Com21. Het type is COM 1000.

 

De status van het kabelmodem kan uitgelezen worden door middel van leds die op de voorkant van het kabelmodem zitten. Hieronder zie je een overzicht van de leds.

 

 

 

 

1          PWR              Indicatie of netspanning is aangesloten

2          RF (ST)          Status van de netwerkverbinding

3          TD                  Verzenden van data

4          RD                  Ontvangen van data

5          LNK (CD)      Verbinding met de netwerkkaart

 

Zodra het kabelmodem aangesloten is, doorloopt het de volgende stappen:

 

Het kabelmodem gaat verbinding zoeken met het netwerk, het RF lampje knippert oranje uit

 

 

Het kabelmodem gaat zich instellen op het netwerk waar hij op aangesloten zit. Het RF lampje knippert oranje groen

 

Het kabelmodem gaat een stukje software downloaden, zodat hij

kan praten met het headend. Het RF lampje knippert uit - oranje - groen

 

 

Zodra de verbinding van het kabelmodem met het netwerk in de straat in orde is brand het RF lampje continue groen

 

De maximum snelheid downstream (van internet naar computer) is 30.336 Mbps, en 2.56 Mbps upstream (van computer naar internet). Dit zijn de maximale snelheden van het kabelmodem. De snelheden die ZeelandNet biedt staan in de inleiding. Deze snelheden zijn downstream. De derde van deze snelheid is upstream.


4.5.1 Datasheet kabelmodem

 

Hieronder zie je de datasheet van het ComPORT 1000 kabelmodem:


4.5.2 Headend

 

In Zeeland staan nu vier verschillende headens. Eén voor Zeeuws Vlaanderen, één voor Walcheren, één voor Noord en Zuid Beveland en een voor Schouwen Duiveland.

 

Deze headens regelen het verkeer van de kabelmodems. Kabelmodems moeten ook op een  speciaal headend ingesteld worden. In Zeeland zijn er op dit moment vier headens, dit wordt uitgebreid naar zes headens.

Als een kabelmodem gebruiker op zijn netwerkomgeving klikt, dan ziet hij gebruikers op hetzelfde netwerk (headend).

 

Voordat een kabelmodem aangesloten kan worden, moet het eerst in het management systeem op een bepaald headend geplaatst worden. Nu heeft het kabelmodem toegang, als het aangesloten wordt.

 

4.5.3 Snelheid van het kabelmodem

 

De snelheid van het kabelmodem kan worden ingesteld met het management systeem. Deze geeft door aan het headend waar het kabelmodem op is aangesloten, hoeveel bandbreedte een specifiek kabelmodem krijgt. Elk kabelmodem heeft een speciaal adres (MAC adres). Aan de hand van dit adres wordt in het  headend de snelheid van het kabelmodem bepaald. Dit wordt gedaan in het management systeem.

 

4.5.4 Het management systeem

 

Vanuit het management systeem kan elk kabelmodem gecontroleerd worden of het  wel op de juiste manier functioneert, de snelheid ingesteld worden en diverse andere onderhouds (management) werkzaamheden. Als een kabelmodem niet opkomt, kan in het management systeem worden gekeken of alles voor het kabelmodem goed is ingesteld, en eventueel worden gewijzigd.


5.0 Installatie op de computer

 

5.1 Netwerkkaart

Om internet via de kabel op een computer aan te sluiten, moet er een netwerkkaart in geplaatst worden. Deze kaart kan in twee verschillende ‘sloten’ van de computer geplaatst worden (zie ook figuur hiernaast). Het ISA slot kom je tegenwoordig steeds minder tegen. Op nieuwe moederborden (‘hart’ van computer) zit soms maar één ISA slot, of soms geen, en de rest is PCI. Vandaar dat er bij het aansluiten van internet via de kabel bijna altijd een PCI netwerkkaart wordt geplaatst. De klant kan wel zelf kiezen welk soort netwerkkaart er wordt geplaatst.

 

5.1.1 Installeren van de netwerkkaart

 

Het installeren van de netwerkkaart gaat zo goed als automatisch onder Windows 95 en Windows 98. Het enige wat je hoeft te doen is, soms de locatie van drivers aangeven (op CD – Rom of op diskette). Nadat de drivers geïnstalleerd zijn, moet je de computer opnieuw opstarten. Nadat de computer opnieuw is opgestart, is de installatie van de netwerkkaart voltooid. Nu wilt dit niet altijd zo gaan als in de bovenstaande tekst. De vreemdste problemen en foutmeldingen kom je soms tegen.

 

5.2 Configuratie van de PC

 

Als de netwerkkaart goed is geïnstalleerd, kan je d.m.v. een programma wat automatisch door Windows mee wordt geïnstalleerd tijdens de installatie van de drivers voor de netwerkkaart, gegevens van de netwerkkaart verkrijgen. Dit programma kan je starten door op START te klikken, daarna op UITVOEREN en achter openen in te vullen: winipcfg. Het volgende scherm komt dan in beeld:

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hier zie je de belangrijkste informatie van de netwerkkaart. Het adapter adres is het zogenaamde MAC adres. Elke netwerkkaart heeft een uniek MAC adres. Dit MAC adres moet bij ZeelandNet bekend zijn, alvorens je kan surfen op internet.

Het IP adres wordt automatisch door een DHCP (Dynamic Host Control Protocol) server toegewezen. De overige gegevens zijn minder van belang.

 

5.2.1 DHCP

 

De DHCP server deelt in principe IP adressen uit. Een abonnee krijgt een lease voor een IP adres voor 30 minuten. Hierna wordt hij automatisch verlengd. Het verlengen van een IP lease merkt de abonnee niet.

 

5.2.2 Netwerkconfiguratie

 

De onderstaande netwerkonderdelen moeten zijn geïnstalleerd om de netwerkkaart op de juiste manier te laten functioneren voor internet via de kabel:

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

5.3 Instellingen van programma’s

 

Alle programma’s die van de internet verbinding gebruik maken, moeten ingesteld worden op een LAN (Local Area Network).

 

In een browser, Internet Explorer of Netscape, moet er een proxy server ingesteld worden, anders is het niet mogelijk om te surfen buiten ZeelandNet.


5.4 PIP

 

Omdat je een bepaald aantal MB’s per maand mag verplaatsen, afhankelijk van het abonnement, kan je op de internet locatie http://www.zeelandnet.nl/cgi-bin/pip gegevens over bijvoorbeeld het aantal verplaatste MB’s of de tijd die je online bent geweest vinden. Deze pagina heet de PIP (Persoonlijke Informatie Pagina).

 

 


6.0 Verbinding tussen kabelmodem en computer

De verbinding tussen het kabelmodem en de computer loopt over een zogenaamde UTP (Unshielded Twisted Pair)kabel. Deze kabel is een acht aderige kabel van ongeveer 6 mm doorsnee. Op deze kabel wordt een connector geplaatst. Een zogenaamde RJ45 connector. Deze wordt er met een speciale tang opgenepen.

 

 

 

Tekstvak: Wit Groen
Groen
Wit Oranje
Blauw
Wit Blauw
Oranje
Wit Bruin
Bruin

De volgorde van de aders is:

 

 

 

 

 

 

 

 

 

In principe maakt het niet uit in welke volgorde de aders zitten, als ze maar aan beide kanten op dezelfde volgorde zitten. De bovenstaande volgorde is een gestandaardiseerde volgorde.


7.0 Bellen via de kabel

 

Via het bestaande kabelnetwerk is er ook Telefoneren via de kabel mogelijk In de toekomst worden waarschijnlijk alle kabelnetwerken in Nederland aan elkaar gekoppeld. Dan zijn er 4,1 miljoen huishoudens die internet via de kabel hebben. Dan hebben de kabelaanbieders een sterke positie op de markt van telecom aanbieders voor particulieren. Hiermee zijn ze een grote concurrent voor KPN Telecom. De kabelaanbieder UPC biedt nu al telefoneren via de kabel.

 

 

 

 

 


8.0 Overzicht van aanbieders IvdK

 

Verschillende providers in Nederland die internet via de kabel aanbieden op alfabetische volgorde:

 

 

A2000                                              

Amsterdam, Hilversum, Purmerend, Zaandam

BART

Regio Rotterdam

Brunsum.net

Gemeente Brunssum

Casema

Heemskerk, Castricum, Beverwijk, Wijk aan Zee, Maarssen, Wassenaar, Leidschendam, Den Haag, Utrecht, Breda, Delft, Rijswijk, Breda, Delft en Soest

Gelrevision (UPC)

Internet Gateway Rotterdam

Albrandswaard

Kabelfoon

Westland, Maassluis, IJsselstein en Den Haag (Alleen het Wateringse Veld)

Multiweb

Kop Noord-Holland

TebeNet

?

ZeelandNet (Zekatel)

Eind 1999, 95% van Zeeland

 

Op dit moment heeft ZeelandNet 13.500 leden, waarvan ongeveer 1500 kabelgebruikers. Door de nieuwe abonnementen komen er heel veel nieuwe klanten voor Internet via de kabel bij. Voor het eind van dit jaar moeten er nog ongeveer 600 abonnees op de kabel worden aangesloten. Als iemand nu een abonnement voor internet via de kabel neemt, wordt je pas begin 2000 aangesloten.

 

In Zeeland is Zekatel bijna de enigste aanbieder. In Nieuw Namen wordt de kabel gedistribueerd door een Belgisch bedrijf.

 


9.0 Samenvatting

 

Internet via de kabel is een heel snel groeiende markt. Het aantal kabelabonnees dat nu overstapt op internet via de kabel is explosief gegroeid. Dit komt mede door de nieuwe (goedkopere) abonnementen. In principe is er denk ik een vergelijking met de mobiele telefonie. Toen mobiele telefonie heel erg duur was, had bijna niemand een mobiele telefoon. Een paar jaar geleden, na de liberalisering van de Telecom markt, daalde de prijs, en tegenwoordig heeft bijna iedereen een mobiele telefoon. Dit zelfde gebeurd denk ik ook met internet via de kabel. Op dit moment heeft ongeveer 1,8 % van de kabelabonnees internet ook via de kabel. Een heel groot voordeel is, dat je geen telefoonkosten meer hebt. Je kan in principe de hele dag surfen op Internet, zonder dat het iets extra kost. De enige limiet die er op zit is het aantal te verplaatsen MB (of GB).


10.0 Literatuurlijst

 

Telecom Magazine                                      Maandblad met nieuws in Telecom branche

http://www.globalcrossing.com                  Bedrijf in transatlantische verbindingen

http://www.zekatel.nl                        Kabel aanbieder in Zeeland

http://www.vecai.nl                                       Overkoepelend orgaan van kabelaanbieders

http://www.tratec.nl                                       Fabrikant van Telecom apparaten

http://www.cs.uu.nl                                       Universiteit Utrecht

http://www.com21.com                                Fabrikant van kabelmodems

http://www.zeelandnet.nl                              De provider die mee doet!!

http://www.kabelmodem.nl                          Informatie over verschillende aanbieders

http://www.tkf.nl                                            Fabrikant van glasvezel


11.0 Ondertekening

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Stagiair                                                                     Stagebegeleider

(Ronald Brouwer)                                                    (Pieter van der Pol)